De meest
gestelde vragen.
Een energieprestatiecertificaat (EPC) is verplicht zodra je een woning, appartement, studio of ander woongebouw te koop of te huur aanbiedt op de markt.
De verkoper of verhuurder (en de vastgoedmakelaar) moet de EPC-score of het EPC-label duidelijk vermelden in alle publiciteitskanalen (zoals websites, affiches en zoekertjes).
Een EPC is niet verplicht in enkele uitzonderlijke gevallen, zoals:
- bij verkoop van een onbewoonbaar verklaarde woning;
- bij verkoop of verhuur van woonboten;
- bij verhuur van een vakantiewoning met huurovereenkomst van minder dan 2 maanden;
- bij sloop of herbouw na verkoop.
Ja. Bij de verkoop van een onroerend goed in Vlaanderen (woning, appartement, bouwgrond, bedrijfsgebouw, …) is het verplicht om een bodemattest aan te vragen bij de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM).
Het bodemattest geeft aan of er bij OVAM gegevens bekend zijn over de bodemkwaliteit van het perceel.
Als er geen relevante gegevens zijn, wordt een blanco bodemattest afgeleverd.
Als het perceel gekend is als risicogrond (bv. door vroegere of huidige activiteiten met kans op bodemverontreiniging), wordt dit vermeld op het attest.
Het bodemattest moet beschikbaar zijn vóór het ondertekenen van het compromis.
Nee. Als verkoper ben je niet verplicht om de elektrische installatie conform te maken voor de verkoop.
Wat wél verplicht is: je moet een geldig keuringverslag van de elektrische installatie kunnen voorleggen bij verkoop.
Als uit dat verslag blijkt dat de installatie niet conform is, dan is het de verantwoordelijkheid van de koper om deze in orde te brengen en nadien te laten herkeuren.
De termijn waarbinnen dit moet gebeuren, hangt af van de ouderdom van de installatie en wordt vermeld in het keuringsverslag.
Dat hangt af van de leeftijd van de woning en eventuele renovatiewerken.
Je moet een postinterventiedossier (PID) afleveren als:
- de woning gebouwd of structureel gerenoveerd is na 1 mei 2001;
- en de werken werden uitgevoerd door een of meerdere aannemers.
Het PID bevat technische informatie over de structuur van het gebouw en de gebruikte materialen. Het document moet bij verkoop aan de koper worden overgedragen.
Uitzondering: is je woning van vóór mei 2001 én zijn er sindsdien geen structurele renovatiewerken uitgevoerd door een aannemer, dan is er geen PID verplicht.
Ja. Sinds 23 november 2022 is een asbestattest verplicht bij de verkoop van woningen en andere gebouwen die gebouwd zijn vóór 2001.
Als verkoper moet je een geldig asbestattest kunnen voorleggen vóór het ondertekenen van het compromis. Dit attest geeft aan of er in het gebouw asbesthoudende materialen aanwezig zijn en in welke staat deze verkeren.
Bij woningen of gebouwen die gebouwd zijn in of na 2001, is een asbestattest niet verplicht bij verkoop.
Ja. In Vlaanderen zijn rookmelders verplicht in alle woningen.
Deze verplichting geldt zowel voor:
- woningen die je zelf bewoont;
- als voor huurwoningen.
Elke woning moet uitgerust zijn met voldoende optische rookmelders die correct geplaatst zijn volgens de wettelijke voorschriften.
In een huurwoning is het de verhuurder die verantwoordelijk is voor het plaatsen van de rookmelders. De huurder moet erop toezien dat de toestellen (bv. batterijen) correct blijven functioneren.
Een woning zonder verplichte rookmelders wordt als niet-conform beschouwd volgens de Vlaamse woonkwaliteitsnormen.
Als verkoper moet je o.a. volgende documenten voorzien:
- EPC (energieprestatiecertificaat);
- Bodemattest;
- Stedenbouwkundig uittreksel;
- Postinterventiedossier (bij recente bouw/renovatie);
- Asbestattest (voor woningen van vóór 2001);
- Eventueel: keuring elektrische installatie, kadastrale gegevens en akte van eigendom.
Je makelaar helpt je om dit dossier volledig samen te stellen.
Bij de aankoop van je enige eigen gezinswoning in Vlaanderen betaal je sinds 1 januari 2025 slechts 2% registratierechten.
Om in aanmerking te komen voor dit verlaagd tarief, moet je aan deze voorwaarden voldoen:
- De aankoop gebeurt door een natuurlijk persoon (geen vennootschap).
- Je koopt de volle eigendom van de woning (dus geen splitsing van vruchtgebruik en naakte eigendom).
- Het gaat om de aankoop van een woning (geen bouwgrond).
- Je bezit op het moment van de aankoop geen andere woning of bouwgrond volledig in volle eigendom (ook niet in het buitenland).
- Het moet je enige woning zijn.
- Je moet je domicilie binnen drie jaar na het verlijden van de notariële akte op het adres van de aangekochte woning vestigen.
Ja. Als koper heb je altijd het recht om zelf je notaris te kiezen bij de aankoop van een woning.
De verkoper mag ook zijn eigen notaris aanduiden. In dat geval wordt de verkoopakte verleden in samenwerking tussen beide notarissen.
Dit brengt geen extra kosten mee voor de koper: de notarissen verdelen onderling de erelonen en kosten.
Je bent dus volledig vrij om een notaris naar keuze in te schakelen voor je aankoop.
Tussen het ondertekenen van het compromis (de verkoopovereenkomst) en de notariële akte zit doorgaans maximaal 4 maanden.
Deze termijn is wettelijk bepaald, omdat binnen die periode de registratierechten (vroeger verkooprechten genoemd) moeten worden betaald.
Wordt de akte niet tijdig verleden, dan riskeer je een fiscale boete.
In de praktijk streven notarissen ernaar om de akte ruim binnen deze termijn te verlijden, vaak tussen 2 en 3 maanden na het compromis.
Een opschortende voorwaarde in een koopovereenkomst betekent dat de verkoop pas definitief doorgaat als een bepaalde voorwaarde vervuld wordt.
Tot zolang blijft het akkoord tussen koper en verkoper in afwachting.
De meest voorkomende opschortende voorwaarde is het bekomen van een hypothecair krediet door de koper, binnen een vooraf bepaalde termijn (bv. 4 tot 6 weken na het compromis).
Andere voorbeelden zijn:
- het verkrijgen van een stedenbouwkundige vergunning;
- het verkrijgen van een bodemattest zonder bezwarende vaststellingen;
- het bekomen van een asbestattest zonder hoge risico’s.
Wordt de voorwaarde niet vervuld binnen de afgesproken termijn, dan wordt de koop ontbonden zonder kosten of boete voor de koper.
Een woning kopen verloopt in verschillende stappen:
- Bepaal eerst je budget — ga langs bij de bank of een kredietmakelaar om te weten wat je kan lenen.
- Zoek je ideale woning en plan bezichtigingen.
- Breng een bod uit wanneer je de juiste woning gevonden hebt.
- Bij akkoord wordt het bod vastgelegd in een compromis (verkoopovereenkomst).
- Regel de financiering en onderteken de notariële akte.
- Na het verlijden van de akte ontvang je de sleutels en kan je effectief verhuizen.
In Vlaanderen betaal je standaard 12% registratierechten op bestaande woningen. Voor je enige eigen gezinswoning geldt een verlaagd tarief van 2% (onder voorwaarden).
Bij aankoop van een woning betaal je niet alleen de aankoopprijs. Hier komen nog extra kosten bij:
- Registratierechten (of btw bij nieuwbouw);
- Notariskosten;
- Kosten voor opmaak van de kredietakte (bij hypotheek);
- Schattingskosten (voor de bank);
- Kosten voor eventuele verzekeringen (brandverzekering, schuldsaldoverzekering).
Vraag steeds vooraf een kostenraming aan je notaris of makelaar.
Ja. Vaak wordt in een aankoopbelofte of compromis een opschortende voorwaarde opgenomen, bv. het bekomen van een hypothecair krediet.
Zonder deze voorwaarde riskeer je bij financieringsproblemen toch gehouden te zijn tot aankoop.
Vraag steeds juridisch advies bij het opstellen van de belofte of compromis.
Bij aankoop van bestaande woningen betaal je in Vlaanderen doorgaans registratierechten (standaard 12%, 2% voor enige eigen woning).
Bij nieuwbouw of eerste ingebruikname betaal je meestal 21% btw op de constructiewaarde en registratierechten op de grond.
Vraag altijd vooraf advies, want de fiscale impact tussen beide regimes verschilt sterk.
Een energieprestatiecertificaat (EPC) is verplicht zodra je een woning, appartement, studio of ander woongebouw te koop of te huur aanbiedt op de markt.
De verkoper of verhuurder (en de vastgoedmakelaar) moet de EPC-score of het EPC-label duidelijk vermelden in alle publiciteitskanalen (zoals websites, affiches en zoekertjes).
Een EPC is niet verplicht in enkele uitzonderlijke gevallen, zoals:
- bij verkoop van een onbewoonbaar verklaarde woning;
- bij verkoop of verhuur van woonboten;
- bij verhuur van een vakantiewoning met huurovereenkomst van minder dan 2 maanden;
- bij sloop of herbouw na verkoop.
Ja. In Vlaanderen zijn rookmelders verplicht in alle woningen.
Deze verplichting geldt zowel voor:
- woningen die je zelf bewoont;
- als voor huurwoningen.
Elke woning moet uitgerust zijn met voldoende optische rookmelders die correct geplaatst zijn volgens de wettelijke voorschriften.
In een huurwoning is het de verhuurder die verantwoordelijk is voor het plaatsen van de rookmelders. De huurder moet erop toezien dat de toestellen (bv. batterijen) correct blijven functioneren.
Een woning zonder verplichte rookmelders wordt als niet-conform beschouwd volgens de Vlaamse woonkwaliteitsnormen.
In principe is een conformiteitsattest niet verplicht om een woning te verhuren in Vlaanderen.
Uitzondering: sommige gemeenten maken dit wél verplicht via een gemeentelijk reglement. In die gemeenten mag je enkel verhuren als je over een geldig conformiteitsattest beschikt.
Daarnaast is een conformiteitsattest verplicht bij:
- verhuur aan sociaal verhuurkantoor (SVK);
- bepaalde vormen van gesubsidieerde huur.
Ook als het niet verplicht is, wordt het sterk aanbevolen: het attest bewijst dat de woning voldoet aan de geldende Vlaamse woonkwaliteitsnormen.
De kostprijs voor het attest wordt bepaald door de gemeente.
De handelshuurwetgeving is van toepassing op panden die gebruikt worden voor het rechtstreeks contact met het publiek, met het oog op verkoop van goederen of diensten.
Onder handelshuur vallen onder andere:
- winkels en detailhandelszaken;
- horecazaken (café, restaurant, …), tenzij er een concessie- of brouwerijovereenkomst geldt;
- ambachtslieden met direct klantencontact;
- dienstverlenende bedrijven met publiek contact, zoals:
- banken
- verzekeringsmakelaars
- reisagenten
- vastgoedmakelaars.
Niet onder handelshuur vallen o.a.:
- vrije beroepen (zoals artsen, advocaten, notarissen, architecten);
- kantoorruimtes zonder direct publiek contact.
Een handelshuurovereenkomst wordt standaard afgesloten voor minstens 9 jaar. Dit biedt de huurder juridische zekerheid om zijn handelszaak op te bouwen.
Opzeg door de huurder
Als huurder kan je het contract opzeggen om de 3 jaar, met een aangetekende brief die minstens 3 maanden vóór de 3-jaarlijkse vervaldatum verstuurd wordt.
Opzeg door de verhuurder
De verhuurder kan het contract om de 3 jaar opzeggen, maar enkel onder strikte voorwaarden:
- het moet om een geschreven handelshuurovereenkomst gaan;
- de verhuurder moet het pand zelf gebruiken voor eigen handelsactiviteit of laten gebruiken door bepaalde in de wet vermelde personen (bv. familie);
- dit recht tot opzeg moet uitdrukkelijk in het contract vermeld staan.
De verhuurder moet zijn opzeg minstens 1 jaar vóór de 3-jaarlijkse vervaldag geven.
Hernieuwing van de handelshuur
Als huurder heb je recht op 3 mogelijke hernieuwingen van telkens 9 jaar.
Je moet de aanvraag tot hernieuwing indienen ten vroegste 18 maanden en ten laatste 15 maanden vóór het einde van de lopende 9-jarige periode.
In theorie kan je zo tot 36 jaar gebruik maken van hetzelfde handelspand.
De verhuurder kan een hernieuwing onder bepaalde voorwaarden weigeren (bv. bij eigen gebruik of herbestemming).
Voor huurovereenkomsten gesloten vanaf 1 januari 2019 mag de huurwaarborg maximaal 3 maanden huur bedragen.
Bij huurcontracten die vóór 2019 werden afgesloten, waarbij toen een waarborg van 2 maanden werd overeengekomen, mag de verhuurder niet verplichten om alsnog een 3de maand huurwaarborg bij te betalen.
Als huurder mag je zelf kiezen hoe je de huurwaarborg samenstelt, in overleg met de verhuurder. Er zijn verschillende mogelijkheden:
Storting op geblokkeerde rekening: Je stort de waarborg op een geblokkeerde bankrekening op jouw naam.
Bankwaarborg: Je vraagt bij je bank een zakelijke zekerheidsstelling (bankgarantie).
Via het OCMW: Als je voldoet aan bepaalde voorwaarden, kan je het OCMW vragen om de waarborg voor te schieten. Het OCMW regelt dit dan met een bank.
Persoonlijke borgstelling: Iemand anders (bijvoorbeeld familie) stelt zich persoonlijk borg. De verhuurder moet hiermee akkoord gaan.
Huurwaarborglening: Als je het moeilijk hebt om zelf drie maanden huurwaarborg te betalen, kan je via het Vlaams Woningfonds een renteloze huurwaarborglening aanvragen.
Een huurcontract van korte duur is een huurovereenkomst die wordt afgesloten voor een periode van drie jaar of minder.
Zo’n contract mag je één keer verlengen, onder dezelfde voorwaarden.
De totaalduur van de beide contracten samen mag daarbij niet langer zijn dan drie jaar.
De duur van het tweede contract hoeft niet identiek te zijn aan die van het eerste, zolang je onder de drie jaar blijft.
Overschrijd je de drie jaar (bijvoorbeeld door een derde verlenging of langere termijn), dan wordt het huurcontract automatisch omgezet in een standaard 9-jarig huurcontract.
Ja, dat kan.
Wanneer je een huurovereenkomst afsluit voor langer dan 9 jaar, dan moet deze verplicht bij notariële akte worden verleden.
Dit zorgt ervoor dat het contract ook tegenstelbaar is aan derden (zoals bijvoorbeeld nieuwe eigenaars of schuldeisers).
Een huurovereenkomst van meer dan 9 jaar zonder notariële akte is juridisch niet geldig voor de langere duur.
De registratie van een huurovereenkomst betekent dat de overeenkomst officieel wordt vastgelegd bij de Federale Overheidsdienst Financiën.
Bij een woninghuurovereenkomst in Vlaanderen moet de registratie gebeuren binnen 2 maanden na de ondertekening van het contract.
Ook de plaatsbeschrijving moet geregistreerd worden. Dit kan samen met het huurcontract of op een later moment.
De registratie kan eenvoudig online via MyRent of bij het bevoegde registratiekantoor.
Voor woninghuur is de registratie verplicht. Een niet-geregistreerd contract kan voor de verhuurder fiscale en juridische gevolgen hebben.
Bij het einde van het huurcontract moet de huurder de woning in dezelfde staat teruggeven als bij de start van de huur, behalve voor normale slijtage of schade door overmacht.
Als verhuurder heb je er dus alle belang bij om bij aanvang van de huur een gedetailleerde plaatsbeschrijving te laten opmaken, ondertekend door beide partijen. Dit document vormt het officiële bewijs van de oorspronkelijke staat van de woning.
Wanneer er bij het einde van de huur schade wordt vastgesteld:
- Met een plaatsbeschrijving kan je als verhuurder duidelijk aantonen welke schade nieuw is, en de huurder hierop aanspreken.
- Zonder plaatsbeschrijving is het veel moeilijker om schade te bewijzen en kan je in de praktijk vaak niets verhalen op de huurder.
Kort gezegd: een goede plaatsbeschrijving beschermt je als verhuurder bij het einde van de huur.
Ja. In Vlaanderen is het sinds 2019 verplicht voor elke huurder om een brandverzekering met dekking huurdersaansprakelijkheid af te sluiten bij woninghuur.
Als huurder ben je namelijk aansprakelijk voor schade aan het gehuurde pand (zoals brand- of waterschade), tenzij je kan bewijzen dat je daar geen schuld aan hebt.
Ook voor de verhuurder is het sterk aangeraden om een brandverzekering (eigenaarsverzekering) te nemen, al is dit niet wettelijk verplicht. Zo is het pand zelf optimaal beschermd.
Met beide verzekeringen is zowel de huurder als de verhuurder juridisch goed beschermd.
Ja, de eigenaar mag een verhuurde woning op elk moment verkopen, ook tijdens de looptijd van de huurovereenkomst.
De nieuwe eigenaar is verplicht om de bestaande huurovereenkomst te respecteren. Hij neemt automatisch de rol van verhuurder over, met dezelfde rechten en plichten als de vorige eigenaar.
De opzegmogelijkheden voor de nieuwe eigenaar blijven identiek aan die van de oorspronkelijke verhuurder — deze zijn bepaald door de Vlaamse woninghuurwetgeving.
In sommige huurcontracten is er een voorkooprecht voor de huurder opgenomen. Controleer daarom altijd je huurovereenkomst: als zo’n bepaling bestaat, moet de verhuurder je eerst de kans geven om de woning zelf te kopen.
Bij een schriftelijke huurovereenkomst mag de huurprijs jaarlijks worden geïndexeerd. Dit kan op de verjaardag van de inwerkingtreding van het huurcontract.
De verhuurder moet de indexatie schriftelijk meedelen aan de huurder.
De indexatie kan maximaal drie maanden retroactief toegepast worden vanaf het moment waarop de verhuurder de indexatie schriftelijk heeft gevraagd.
De huurprijs wordt aangepast op basis van de gezondheidsindex. De berekening gebeurt volgens deze formule:
(basishuurprijs × nieuw indexcijfer) ÷ aanvangsindexcijfer
Neen, als huurder mag je de woning die je huurt als hoofdverblijfplaats niet volledig onderverhuren.
Gedeeltelijke onderverhuring (bijvoorbeeld het verhuren van een kamer in de woning) is wel mogelijk, maar alleen als:
- de verhuurder hier vooraf schriftelijk mee akkoord gaat; én
- je zelf in het andere deel van de woning blijft wonen.
Zonder toestemming van de verhuurder is ook gedeeltelijke onderverhuring niet toegelaten.
Bij overlijden van de verhuurder
Het overlijden van de verhuurder heeft geen invloed op de lopende huurovereenkomst. De erfgenamen of rechtsopvolgers van de verhuurder nemen de rol van verhuurder over en moeten het huurcontract respecteren.
Bij overlijden van de huurder
Huurovereenkomsten afgesloten vanaf 1 januari 2019
- De huurovereenkomst eindigt automatisch op het einde van de tweede maand na het overlijden van de huurder.
- De erfgenamen betalen nog de lopende huur en één maand extra vergoeding.
Huurovereenkomsten afgesloten vóór 1 januari 2019
- Het overlijden van de huurder maakt het huurcontract niet automatisch stop.
- De erfgenamen zetten het huurcontract verder of kunnen het opzeggen volgens de wettelijke opzegregels.
De opzegtermijnen hangen af van het type huurcontract:
Contract van korte duur (≤ 3 jaar):
- Opzeg mogelijk mits 3 maanden opzegtermijn, met betaling van vergoeding (varieert per jaar).
Contract van 9 jaar:
- Opzeg mogelijk met 3 maanden opzegtermijn, zonder vergoeding vanaf het 4e jaar.
- In de eerste drie jaar geldt een opzegvergoeding (3, 2 of 1 maand huur naargelang het jaar).
Zonder plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat de woning bij het einde van de huur nog in oorspronkelijke staat verkeert.
De verhuurder moet dan bewijzen dat eventuele schade door de huurder werd veroorzaakt — wat zonder plaatsbeschrijving juridisch zeer moeilijk is.
Een plaatsbeschrijving biedt dus zowel huurder als verhuurder belangrijke bescherming.
Neen. Zonder schriftelijke huurovereenkomst kan je als eigenaar géén huurindexatie toepassen.
Indexatie is enkel mogelijk bij schriftelijk geregistreerde huurcontracten.
Het is dus belangrijk om altijd een schriftelijke overeenkomst op te maken en te registreren.
Een nieuwbouwwoning voldoet aan de meest recente energie- en isolatienormen, waardoor je geniet van lagere energiekosten.
Daarnaast heb je als koper vaak meer inspraak in de afwerking en is er minder onderhoud nodig in de eerste jaren.
Ook krijg je bij nieuwbouw verschillende wettelijke waarborgen (bv. de 10-jarige aansprakelijkheid).
Bij aankoop van een nieuwbouwwoning die voor het eerst verkocht wordt (sleutel-op-de-deur, of via promotor), betaal je doorgaans 21% btw op de constructiewaarde.
Voor de grond betaal je meestal 12% registratierechten.
Vraag steeds naar de juiste constructie van de verkoopprijs, zodat je weet welk tarief waarop van toepassing is.
De wet Breyne is een Belgische beschermingswet voor kopers van woningen op plan of in aanbouw.
Ze garandeert onder meer:
- dat je nooit méér betaalt dan het percentage van de werken die al uitgevoerd zijn;
- dat je gedekt bent door de 10-jarige aansprakelijkheid van de aannemer/promotor;
- duidelijke voorschriften rond termijnen en betalingen.
Dankzij deze wet koop je een nieuwbouwwoning met meer juridische zekerheid.
De doorlooptijd voor de bouw van een nieuwbouwwoning varieert:
- voor een sleutel-op-de-deurwoning mag je doorgaans rekenen op 9 tot 12 maanden vanaf de start van de werken;
- voor projecten waarbij je zelf aannemers coördineert, kan dit langer zijn, afhankelijk van de planning.
Houd daarnaast rekening met extra tijd voor de vergunningen en administratieve voorbereiding.
Bij nieuwbouw geniet je van verschillende wettelijke garanties, o.a.:
- 10-jarige aansprakelijkheid voor ernstige gebreken aan de stabiliteit en structurele elementen;
- 2 jaar garantie op zichtbare gebreken (afwerking);
- bescherming onder de wet Breyne bij aankoop op plan of in aanbouw.
Daarnaast voorzien veel aannemers en leveranciers extra commerciële garanties op bepaalde materialen en installaties.
Bij aankoop van een nieuwbouwwoning betaal je in verschillende schijven, naargelang de vordering van de werken.
De betaling gebeurt meestal in fasen, bv.:
- bij de ondertekening van de overeenkomst;
- na het voltooien van funderingen;
- na het winddicht maken;
- bij de afwerking;
- en bij de oplevering.
De exacte betaalplanning wordt vastgelegd in het contract.
EPC: Energieprestatiecertificaat → verplicht bij verkoop of verhuur van bestaande woningen.
EPB-verslag: Energieprestatie en Binnenklimaat → verplicht bij nieuwbouw of ingrijpende renovaties, tijdens het bouwproces.
Bij nieuwbouw krijg je na voltooiing een EPC, gebaseerd op de EPB-berekening.
De voorlopige oplevering gebeurt wanneer de bouwwerken afgerond zijn en het gebouw bewoonbaar is.
Tijdens deze oplevering kan je als koper eventuele zichtbare gebreken laten vaststellen.
Pas na een periode (meestal 1 jaar) volgt de definitieve oplevering.
Vanaf de voorlopige oplevering begint de wettelijke aansprakelijkheidstermijn van de aannemer te lopen.
Bij aankoop van bestaande woningen betaal je in Vlaanderen doorgaans registratierechten (standaard 12%, 2% voor enige eigen woning).
Bij nieuwbouw of eerste ingebruikname betaal je meestal 21% btw op de constructiewaarde en registratierechten op de grond.
Vraag altijd vooraf advies, want de fiscale impact tussen beide regimes verschilt sterk.
Het kadastraal inkomen (KI) is een fictief huurinkomen dat de overheid toekent aan elk onroerend goed, ongeacht of het effectief verhuurd wordt. Het KI geeft een indicatie van de waarde van het pand.
De onroerende voorheffing is een jaarlijkse Vlaamse belasting op vastgoed. Ze wordt berekend op basis van het geïndexeerd kadastraal inkomen, vermeerderd met de geldende opcentiemen van de gemeente en provincie.
Kort gezegd: het KI vormt de basis, de onroerende voorheffing is de belasting die je effectief betaalt.
Het recht van voorkoop geeft bepaalde partijen (meestal overheidsinstanties) het wettelijke recht om bij de verkoop van een onroerend goed het pand met voorrang aan te kopen, en dit aan dezelfde prijs en onder dezelfde voorwaarden als de kandidaat-koper.
Als op je woning of grond een recht van voorkoop rust, moet je als eigenaar eerst de begunstigden van dat recht de kans geven om het pand te kopen. Pas als zij dit weigeren of de termijn laten verstrijken, mag je aan een andere koper verkopen.
Of er een recht van voorkoop van toepassing is, hangt af van de ligging van het pand en het geldende beleid in die zone. Dit wordt steeds per dossier gecontroleerd.
Een energieprestatiecertificaat (EPC) toont hoe energiezuinig een gebouw is.
Op het EPC staat informatie over:
- de isolatie van het gebouw;
- de energiezuinigheid van de verwarmingsinstallatie;
- en concrete aanbevelingen om de woning energiezuiniger te maken.
Er bestaan verschillende soorten EPC, afhankelijk van het type gebouw:
- EPC voor bestaande woningen (woningen, appartementen, studio’s) → verplicht bij verkoop of verhuur.
- EPC Bouw → voor nieuwbouwwoningen (afgeleverd bij voorlopige oplevering).
- EPC voor kleine niet-residentiële gebouwen → voor bv. kantoren, handelszaken, horecapanden.
- EPC voor gemeenschappelijke delen van appartementsgebouwen → verplicht sinds 2022.
Het stedenbouwkundig uittreksel bevat officiële informatie over:
- de vergunningstoestand van het perceel of gebouw;
- de bestemming volgens het gewestplan of ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP);
- eventuele verkavelingsvoorschriften;
- en mogelijke bouwovertredingen.
Bij verkoop van vastgoed in Vlaanderen is dit document verplicht. Het moet beschikbaar zijn vóór het ondertekenen van het compromis en mag op dat moment maximaal 1 jaar oud zijn.
Het doel is de koper volledig en correct te informeren over de stedenbouwkundige situatie van het pand, zodat die goed geïnformeerd zijn aankoopbeslissing kan nemen.
In Vlaanderen worden bij de verkoop of verhuur van een woning of perceel verschillende vormen van overstromingsgevoeligheid vermeld.
Er zijn vier officiële types zones:
- Afgebakend overstromingsgebied
- Afgebakende oeverzone
- Effectief overstromingsgevoelig gebied
- Mogelijk overstromingsgevoelig gebied
Daarnaast wordt in de publiciteit ook standaard vermeld:
- de overstromingsscore van het perceel (P-score) en van het gebouw (G-score).
Verkopers en verhuurders zijn wettelijk verplicht om kopers of huurders hierover correct te informeren in alle advertenties en in het verkoop- of huurproces.
Ja. Bij de verkoop van een onroerend goed in Vlaanderen (woning, appartement, bouwgrond, bedrijfsgebouw, …) is het verplicht om een bodemattest aan te vragen bij de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM).
Het bodemattest geeft aan of er bij OVAM gegevens bekend zijn over de bodemkwaliteit van het perceel.
Als er geen relevante gegevens zijn, wordt een blanco bodemattest afgeleverd.
Als het perceel gekend is als risicogrond (bv. door vroegere of huidige activiteiten met kans op bodemverontreiniging), wordt dit vermeld op het attest.
Het bodemattest moet beschikbaar zijn vóór het ondertekenen van het compromis.
Ja. In Vlaanderen zijn rookmelders verplicht in alle woningen.
Deze verplichting geldt zowel voor:
- woningen die je zelf bewoont;
- als voor huurwoningen.
Elke woning moet uitgerust zijn met voldoende optische rookmelders die correct geplaatst zijn volgens de wettelijke voorschriften.
In een huurwoning is het de verhuurder die verantwoordelijk is voor het plaatsen van de rookmelders. De huurder moet erop toezien dat de toestellen (bv. batterijen) correct blijven functioneren.
Een woning zonder verplichte rookmelders wordt als niet-conform beschouwd volgens de Vlaamse woonkwaliteitsnormen.
Het kadastraal inkomen (KI) is een fictief jaarlijks nettohuurinkomen dat de overheid toekent aan elk onroerend goed in België.
Het geeft een schatting van wat het pand in normale omstandigheden aan huur zou opbrengen op een bepaald referentiejaar.
Het KI wordt o.a. gebruikt als basis voor de berekening van belastingen zoals de onroerende voorheffing en speelt ook een rol in de personenbelasting.
De onroerende voorheffing is een jaarlijkse belasting op onroerend goed in Vlaanderen.
Ze wordt berekend op basis van het geïndexeerd kadastraal inkomen van de woning, vermenigvuldigd met de opcentiemen van je gemeente en provincie.
Hoe hoger het KI of de gemeentelijke opcentiemen, hoe meer onroerende voorheffing je betaalt.